Verwelkom hem vooral met zachtheid. Eerste taak is zindelijkheid die je meteen aanleert door bij thuiskomst hem buiten te zetten en rustig te wachten tot hij plast, daarna uitbundig belonen met aaien en lieve woorden, daarna om de 2u regelmatig op dezelfde plaats herhalen, hij zal op de duur zelf aantonen dat hij naar buiten wil.

Zeker na eten, na slapen, na spelen buiten laten. Bij jonge leeftijd ’s nachts buiten laten als hij er om vraagt. Wees zeker nooit boos op de pup bij een accidentje want hij snapt nog niet genoeg wat wel en niet mag, bij angst of verschieten kunnen ze dus ook nog een plasje doen. Proper leren is in het begin belangrijker dan spelen, vergeet niet rustig af te wachten voor zijn behoefte en niet spelen voor hij behoeften heeft gedaan anders zal hij buiten enkel herkennen als speelruimte en binnen bij rust gaan plassen. Snuffelen aan de grond en rondjes draaien zijn tekenen van stoelgang.

Geef hem z’n eigen rustig plekje waar hij kan eten, drinken, rusten, slapen. Laat hem de eerste dagen en weken rustig iedereen en alles op zijn eigen tempo ontdekken, niks forceren, kleine wandeling, korte bezoekjes, maak je pup niet zot en wild en speel geen trek en bijtspelletjes, als hij slaapt maak hem dan niet onnodig wakker.

Laat je hond ook nooit in je handen of lichaam bijten, dit zal hij wel eens proberen maar moet je meteen afleren. Bij al het positieve steeds zijn naam zeggen, negatieve dingen negeren of voorzichtig afwijzen, bv altijd het woord NEE gebruiken. Nooit slaan of roepen op je pup, wees zelf een rustig voorbeeld voor je hond, ruzie in het gezin is negatief voor je pup.

Een hond voelt enorm de lichaamstaal van de mens aan, wees je daarvan bewust bij verdriet, ziekte ed. Leer je hond ook speelgoed afgeven, met vast en los.
Iedere dag moet hij een poosje kalm in je armen blijven liggen op zijn rug en speel je met zijn tanden, in de pup weken, later op de grond. Uw hond heeft strikte regels nodig en moet uw dominantie voelen, jij bent de baas niet de hond, wees streng maar rechtvaardig.

Maak hem bij jonge leeftijd gewoon om aangelijnd aan de voet te wandelen. Koop kwalitatief speelgoed die hij niet kan opeten en in zijn maag blijft steken, wij verkiezen kalverhoefjes zeker in de tandwisselperiode, een harde speelbal, gedroogd rundsoor, hertengewei, een rauwe wortel, runderbotten…

Een pup heeft nood aan houvast en een consequente opvoeding, zich goed leren gedragen in de maatschappij en leer basiscommando’s aan, hou die wel kort, een 15 tal min, bij lange trainingen zal hij het als straf ervaren. Maak uw hond gewoon om alleen te blijven door een poosje voor je vertrek niet meer met hem bezig te zijn. Als uw hond u luidruchtig verwelkomt mag je niet reageren, pas bij stilte en kalmte mag je hem strelen. Het is niet aangeraden om een hond de hele dag alleen te laten, hij heeft nood aan gezelschap, moet uitgelaten worden voor zijn ontlasting, kan angstig en gestrest raken door alleen te zijn. Kinderen onder de 10j nooit alleen laten met uw hond. Bepaal zelf wanneer je hem streelt, uitlaat of speelt.

Veel succes met je pup!

Bij de herder is het uiterst belangrijk dat je het eerste jaar goed oplet. Verboden om trappen te lopen. Niet springen, geen korte afstoot bewegingen, geen lange afstanden en opletten voor rugletsels indien de pup met volwassen honden speelt.

Een 5min per levensmaand is een richtlijn, dus 2m 10 min, 3m 15min, 4m 20min wandelen per dag is voldoende en dit op een rustige manier. Lopen moet zeker rechtlijnig gebeuren, het eerste jaar niet in duinzand dat is te lastig voor de gewrichten. Je pup zeker niet afmatten, als hij grappig met zijn tong uit zijn mondje achter je aan hijgt wil dit eigenlijk zeggen dat je moet stoppen, dit lijkt grappig maar mag niet gebeuren, in de natuur moeten ze mee met de roedel, dit is hun overlevingsinstinct, dus misbruik het meelopen niet.

Best wekelijks eens doorkammen, let vooral op achter de oren en de billen daar kunnen klitten ontstaan door de lange haren. Een wandeling in de regen en bij thuiskomst goed afdrogen is op natuurlijke wijze een wasbeurt. Wil je hem echt wassen gebruik dan speciale zachte hondenshampoo met daarna een goede conditioner die huid en vacht niet uitdrogen.

De pup krijgt met de moedermelk al veel antistoffen mee, maar moet wel verder gevaccineerd worden, een normale richtlijn is op 8 en 12w leeftijd die je daarna jaarlijks herhaald en kan aanvullen tegen rabies. Zolang de pup niet volledig gevaccineerd is kan hij nog ziek worden dus hij mag enkel in contact komen met totaal gevaccineerde dieren. Dus enkel loslopen in eigen huis en tuin, wees voorzichtig hierin. Ontwormen doe je maandelijks tot 6m, daarna 4x per jaar, vergeet niet te behandelen tegen vlooien, teken, parasieten. ( vb met advocate, bravecto) Bij enige twijfel vraag je best raad aan uw dierenarts.

Tot ong 6m german shepard junior royal canin, daarna overschakelen op german shepard adult, wij voorzien op jonge leeftijd altijd van voeder zodat hij nooit moet vechten of honger lijd. Zo voorkom je ook dat hij schrokt en eet hij rustig, hij kan dan ook eten wanneer hij zelf wenst, haal regelmatig eten uit de mond en geef het als hij rustig is terug, ook de voederbak eens optillen en bij kalmte terug zetten. Je kan ook starten met 4, daarna 3 en aan 1j 2 porties per dag, op de zak staat goed aangeduid hoeveel hij mag eten, je kan wat aanpassen als hij te zwaar of te mager staat.

Een herder die te snel groeit kan problemen krijgen met de ontwikkeling van het skelet, dus goed opletten en de dosering aanpassen indien nodig. Voeder dus met je ogen, een herder mag zeker schraal opgroeien want te dikke pups hebben een grotere kans op dysplasie. Baasjes moeten altijd kunnen of mogen in de muil kijken en voelen.

Altijd voorzien van proper drinkwater. Veranderen van merk van voeding kan ernstige problemen geven, want de hond heeft gevoelige darmen. Wij raden ten zeerste aan om de rasvoeding German Shepherd te geven speciaal aangepast aan het ras en bevat alles voor goede gewrichten. Zeker een kwaliteitsvoeding is nodig bij grote honden zodat ze alle voedingstoffen eten die nodig zijn voor de aanmaak van de gewrichten. Geef nooit eten van tafel want dan zal hij zijn eigen goede voeding laten staan, weet dat de hond een carnivoor is, de mens is een omnivoor. Beter belonen met je stem en een aai dan overschotjes of gesuikerde snacks. Voeder hem nooit net voor of na een grote inspanning, risico op maagkanteling.